27 maart '24
Over hengsten, voor, tijdens en na de hengstenkeuring
/
Fokkersportret@luana
Het eerstvolgende belangrijke evenement van 2024 is ongetwijfeld ‘The Zangersheide International’ (14-18 februari), een combinatie van sport (CSI 4*) en fokkerij (Zangersheide hengstenkeuring). Het (aanloop)traject van deze hengstenkeuring willen we graag nader bekijken. Wie zijn die jonge hengsten? Waar komen ze vandaan? Hoe worden ze geselecteerd en opgeleid? Met andere woorden, welk traject wordt er afgelegd van hengstveulen tot gekeurde dekhengst?
Wij brachten hiervoor enkele ervaringsdeskundigen rond de tafel: Willem Van Hoof is een professionele voorsteller van hengsten op de hengstenkeuring, Danny Nijs is de fokker van Stal de Nyze en stelde al enkele hengsten voor aan de jury. Luc Tilleman oordeelt als jurylid over de hengsten en Stijn van Campenhout zit als vertegenwoordiger van Studbook Zangersheide aan diezelfde jurytafel. Dan is er nog Filip Vandenberghe van Dierenkliniek de Bosdreef, lid van de diergeneeskundige commissie van de Z-Keuring.
Willem Van Hoof staat op de hengstenkeuring oog in oog met de jury. Willem is een professionele voorsteller van hengsten en vaste klant op de hengstenkeuringen van Zangersheide. Enkele van zijn referenties zijn Casallo Z en Casago van Piergiorgio Bucci, VDL Groep Zidane van Leopold van Asten en Escape Z van Harrie Smolders. Vorig jaar stelde hij zeven hengsten voor op de Z-keuring en werden er zes gekeurd. ‘Dat overkomt me niet elk jaar’, lacht Willem.
Danny Nys van stoeterij De Nyze kennen we van Landon (ex. Crack de Nyze Z), volgens de WBFSH ranking het tweede beste paard ter wereld. Op nummer 1 staat Dexter Fontenis Z van Simon Delestre. Twee Z-paarden op de eerste en tweede plaats dus!
Omdat hij vooral achter de schermen werkt, vragen we of iedereen Filip Vandenberghe kent?
‘Spijtig genoeg wel, van zijn facturen’, lacht Luc Tilleman. De toon is gezet.
Luc Tilleman is al vele jaren een lid van de jury van de hengstenkeuring. Luc: ‘We moeten het niet moeilijker maken dan het is, je ziet wat je ziet en oordeelt. Wij oordelen in eer en geweten en zonder vooroordelen. Bij ons mag iedereen na afloop tekst en uitleg vragen. Dat gebeurt vaak en dan leggen wij minutieus uit waarom we een bepaalde hengst niet genomen hebben.’
Stijn: ‘Het is goed dat het resultaat van de keuring besproken kan worden met de jury. Op deze manier kan er duidelijk uitgelegd worden wat we verwachten van een gekeurde hengst en waarom deze bepaalde hengst niet aan de verwachtingen voldeed.’
Voor mij is het een crack van een paard: in Amerika associëren ze crack met drugs.
Crack de Nyze Z gaat nu wel door het leven als Landon. Danny: ‘Dat is wel vervelend, ik had liever dat hij zijn naam zou behouden.’
Luc beaamt: ‘Die naamsverandering zou niet mogen, de fokkers verdienen dat respect.’
Danny: ‘Ergens begrijp ik het wel. Voor mij is het een crack van een paard maar in Amerika associëren ze crack met drugs.’
Laten we beginnen bij het begin. Heeft een fokker liever een merrieveulen?
Danny: ‘Dat hangt er van af wat je met je veulen wilt doen. Op een veiling brengt een merrieveulen tegenwoordig meestal meer op.’
Luc: ‘Dat is helemaal omgedraaid. 15 Jaar geleden waren vooral hengsten gegeerd, vandaag zijn dat merries. Ik fok zelf tussen de 15 en 20 veulens per jaar en verkies ook merries. Enerzijds voor de continuïteit van mijn fokkerij, anderzijds is het aantrekkelijker voor de markt. Als een particulier een paard koopt voor de sport kan hij er later nog mee fokken. Of, als zijn merrie door een blessure niet meer kan sporten, eerder.’
Willem: ‘Wij fokken een 15-tal veulens per jaar en daar willen we graag van zien hoe ze uitgroeien. Voor mij maakt het niet uit omdat we niet naar veilingen gaan.’
Stijn: ‘Mijn grootvader fokt een vijftal veulens per jaar. Ik heb de paardenpassie van hem geërfd. Met Woodlands fokken we eerder sporadisch, we kopen de paarden meestal jong aan. Als we een uitzonderlijk paard op de kop kunnen tikken, dan hebben we geen voorkeur voor een hengst of een merrie.’
Filip: ‘Mijn vader overleed 10 jaar geleden en hij fokte een drietal veulens per jaar voor zijn kinderen. Ik maakte ze zadelmak en reed ze tot 1.20m. Laten we zeggen dat ik geen talent had als sportruiter, maar ze opleiden vond ik wel fijn.’
Luc: ‘Ik zie al mijn paarden graag, ongeacht hun talent. Ik erger me aan ruiters die hun paarden verwijten als ze een balk laten vallen, daar kan ik echt niet tegen. De paarden doen hun best voor ons. Het ene mens is ook meer getalenteerd dan de andere, moet je die minder getalenteerde daarom een trap onder hun kont geven?’
Filip: ‘Uiteindelijk hebben we allemaal voor paarden gekozen omdat we daar zo’n unieke connectie mee hebben. Dan is respect elementair in de omgang.’
Hoe meer beweging, hoe beter
De liefde voor het paard is bij ons panel groter dan de voorkeur voor het geslacht. Maar krijgen zij dezelfde behandeling?
Luc: ‘Hoe meer beweging en hoe langer in de kudde hoe beter. Dat is het fundamentele uitgangspunt voor elk paard. Het eerste jaar kunnen de hengstveulens nog samen met de merrieveulens in de weide. Vanaf één jaar moeten ze gescheiden worden. De kudde is belangrijk voor hun basisopvoeding. We hadden het zojuist over respect naar paarden toe. Paarden leren wat respect is in de groep.’
Danny: ‘Dat is exact wat ik heb moeten doen met Crack de Nyze Z. Dat was een leeuw. In de groep heeft hij zijn plaats leren kennen. Dat was niet zonder risico, maar hij liet me geen keuze. Men zegt nu dat ik nog een Crack moet fokken. Ik weet niet of ik hetzelfde zou doen, omdat ik weet wat hij waard is en je wilt geen ongelukken. Dat is een moeilijke afweging.’
Luc: ‘Ik maak daar geen onderscheid in, of ik nu een veulen van € 4.000 of € 20.000 heb, voor mij zijn die in de kudde als paard evenveel waard. Het slechtste wat je kan doen is een duur veulen binnen houden en onder een stolp zetten. Daar wordt enkel Filip beter van.’
Een veulen moet opgroeien in een kudde, want de kudde doet bewegen
Filip: ‘Helemaal juist. Veulens en jonge paarden hebben nood aan zo veel mogelijk vrije beweging, daar bestaat wetenschappelijke literatuur over. Een veulen wordt redelijk afgewerkt geboren, maar niet helemaal want er is nog een proces van verbening. Beweging is noodzakelijk om de verbening tot stand te brengen en het skelet voor te bereiden op toekomstige belasting. Als veulens, om welke reden dan ook, enkel bewegen om te eten en te drinken en voor de rest binnen blijven, wordt het skelet niet geprogrammeerd om toekomstige beweging/belasting op te vangen. Een paddock is onvoldoende voor een veulen, het moet opgroeien in een kudde want de kudde doet bewegen.’
Luc: ‘Paarden in de natuur stappen 12 kilometer per dag. Aan hoeveel kilometer komen de meeste jonge paarden? Wij zien nog te veel paarden op te kleine oppervlakten.’
Willem: ‘Mijn veulens lopen meestal tot 2,5 jaar buiten. Met het oog op deelname aan een hengstenkeuring worden de hengsten die ik geschikt acht al eerder binnen gehaald om ze goed te kunnen voorbereiden op de najaarskeuring. Hengsten die hier nog niet klaar voor zijn, blijven langer buiten lopen en kunnen dan voorgesteld worden in de volgende voorjaarskeuring.’
Eigenlijk heb ik Crack voorgesteld voor mijn plezier
Voor een hengst kandidaat is, stelt zich de vraag wanneer en waarom je beslist of je hengst hengst blijft, of ruin wordt?
Luc: ‘We hebben thuis een twintigtal jonge hengsten, waarvan er twee, maximum drie naar de hengstenkeuring gaan. Je kan niet streng genoeg zijn. Er zijn voldoende hengsten, het is belangrijk dat je enkel de beste voorstelt.’
Crack de Nyze Z was een hengst en is nu ruin? Danny antwoordt laconiek: Tja, de jury heeft hem niet genomen bij de Z keuring. En Luc stond er bij (lacht).’
Luc: ‘Je kon hem op dat moment toch geen vaderdier noemen?’
Danny: ‘Ik weet het. En voor de moeder moest je het ook niet doen. Eigenlijk heb ik Crack voorgesteld voor mijn plezier. Het is te zeggen, mijn zoon Jens heeft hem als vierjarige voorgesteld onder het zadel.’
Stijn: ‘Ik hoor enkele goede argumenten. Je fokt een paard, ziet hem graag en je gelooft er in? Dan moet je het een kans geven. Wat ik daarbij ook geleerd heb, je moet sportief kunnen aanvaarden dat je paard niet gekeurd wordt.’
Danny: ‘Ik begreep het oordeel van de jury. Crack ziet er vandaag ook anders uit dan zes jaar geleden, hij is paard geworden.’
Luc: ‘De jury oordeelt enkel over het moment. Dat doet geen afbreuk aan de eventuele kwaliteit van het paard. Paarden is passie en je geloof en volharding verzet bergen. Daar kan en mag de jury geen invloed op hebben. Je stippelt een traject uit voor je hengst, de keuring is een klein moment op zijn tijdlijn. De volgende dag ga je verder, ongeacht het oordeel van de jury.’
Willem: ‘Zo zie ik het ook. Er zijn veel ijkpunten in het leven van een hengst. De keuring is er één van, niet meer en niet minder. Kijk naar waar Crack nu staat!?’
Danny: ‘En misschien was Crack niet het paard dat hij nu was als hij hengst was gebleven?’
Luc: ‘Delux van T&L van Niels Bruynseels is daar ook een mooi voorbeeld van. Die heb ik gecastreerd toen hij 2,5 jaar oud was, omdat hij te veel hengst was. Delux is een wereldpaard geworden. Indien hij hengst was gebleven, was hij nu misschien die lastige die altijd in de hoek ging staan. Wat je niet mag onderschatten bij een hengst, is dat je er ook bekwame en professionele medewerkers voor moet hebben.’
Stijn: ‘Ik heb vroeger meerdere hengsten voorgesteld. Ik was een tijdje heel gedreven, al heb ik ook ingezien dat je thuis ook al heel streng kan selecteren. Om je vervolgens de vraag te stellen of je tijd en geld wilt investeren in de voorbereiding en voorstelling.’
Voor veel fokkers is een hengstenkeuring belangrijk omdat ze via die weg een klant hopen te vinden.
Luc: ‘Vergeet niet dat je vier tot vijf maanden bezig bent met de opleiding en voorbereiding van je hengst en dan lopen de kosten gemakkelijk op.’
Willem: ‘Ik doe het van oudsher en krijg jaarlijks een 15-tal hengsten van werkelijk overal. Voor veel klanten is een hengstenkeuring belangrijk omdat ze via die weg een klant hopen te vinden, en dat werkt vaak.’
Luc: ‘Een hengstenkeuring is een ideaal platform om te kopen. De kandidaten zijn gezond en zijn vooraf al geselecteerd op hun sportkwaliteiten. Je komt tenslotte niet met elke hengst naar de keuring. En ze hebben al een goede basis meegekregen. Ik vind dat al een degelijke selectie voor de aankoop van een sportpaard. Indien je niet geïnteresseerd bent om een hengst uit te baten, kan je zelf de keuze maken om hem te castreren.’
Willem: ‘Daar ben ik het helemaal mee eens. Ik heb geen glazen bol, maar als een hengst naar mij komt, geef ik ook mijn mening. En dan heeft de klant zijn selectie al gemaakt. De kandidaat dekhengst is zo al enkele jury’s gepasseerd.’
En dan moet de jury zijn mening nog geven. Hoe moeilijk is dat en herken je hengsten die extra hun best moeten doen?
Luc: ‘We keuren wat we op dat moment zien. Wat betreft de beoordeling van de natuurlijke aanleg is het eenvoudig. Een hengstenkeuring is als een examen en voor een examen moet je studeren. Tijdens het examen mag je evenwel niet spieken. Als je daarop betrapt wordt, vlieg je buiten. Een goede verstaander weet wat ik bedoel.’
Willem: ‘Ik vind dat een positieve evolutie. Vroeger moesten de hengsten extreem springen. Daar is gelukkig iedereen, of toch bijna iedereen, van afgestapt.’
Een balkje is geen obstakel. De reactie na dat foutje is veel belangrijker
Stijn: ‘Voor paardenmensen is het niet moeilijk om een paard te lezen. Kijk bijvoorbeeld naar het orenspel. Daar kan je al veel uit afleiden. Een balkje is geen obstakel, de reactie na dat foutje is veel belangrijker.’
Willem: ‘We denken na en evolueren. Een hengstenkeuring is vandaag eerlijker voor iedereen.’
Danny: ‘En een echt goed paard hoeft niet te spieken.’
Voor het zover is, moeten de hengsten medisch gescreend worden. Zelfs voor ze hun eerste sprongen in vrijheid nemen.
Filip: Het uitgangspunt is dat je een totaal en globaal beeld krijgt van je fokkerij, met inbegrip van de sportieve prestatie in combinatie met de conformatie en gezondheid. Al die aspecten zijn evenwaardig en moet je in aanmerking nemen. Het zou omgekeerd fout zijn om uitsluitend te kijken naar prestaties. Of uitsluitend naar de gezondheid. Bij een hengstenkeuring trek je die grens als het over duidelijke genetische afwijkingen betreft, al is dat een evolutief proces. Daarom pleit ik voor een liberale en evolutieve houding in de interpretatie van het louter medische aspect. Ik denk dan aan de interpretatie van een straalbeenfragment. Vroeger was dat een no go en werd een hengst daar onverbiddelijk op afgekeurd. Na bijna 20 jaar praktijkervaring weten we dat we die fragmenten genuanceerd moeten interpreteren. Een perfect straalbeen met een klein fragmentje zal een sportpaard niet limiteren. Je moet dat met andere woorden meenemen in het totaalbeeld van je hengst. Succesvolle hengsten in de sport zijn ook succesvolle hengsten in de fokkerij en dat moet het criterium zijn voor de medische screening. Als sportpaardenstamboek zit Zangersheide op die lijn en zien we dat veel andere stamboeken hen daarin gevolgd zijn.’
‘Voor een interpretatie moeten we durven kijken naar de cijfers. Ik ben 21 jaar geleden afgestudeerd en zag enkele evoluties. Zo is de klassieke radiografische hoefkatrol de voorbije twee decennia zo goed als verdwenen. Die cijfers gaan de goede richting uit. Over diezelfde periode zien we dat het aantal OCD’s, zo’n 30% tot 35% van de populatie, hetzelfde blijft. Dat cijfer krijgen we niet naar beneden, deels omdat er geen gesloten stamboeken zijn. Holstein bijvoorbeeld heeft lange tijd geen foto’s genomen van de knieën. Op het moment dat dat bij Zangersheide wél al standaard was.’
Pragmatische benadering van een keuring
Filip Vandenberghe: ‘Z staat voor een kwalitatief hoogstand en performant sportpaard. Dat impliceert dat we streng oordelen over gezondheidsaspecten waarvan we weten dat ze (top)sport belemmeren. Ik denk dan aan OCD in de knie, slechte hoefkatrol, blokvoeten, asymmetrische standen, noem maar op. We weten uit de wetenschap dat bepaalde conformaties op termijn problemen geven in de sport. Bijvoorbeeld een heel steil, recht achterbeen. Of een been dat te diep is doorgezakt in het kogelgewricht. Dergelijke paarden zijn sneller onderhevig aan slijtage omdat ze aanhechtingsproblemen krijgen. Sabelbenige paarden krijgen sneller slijtage aan de onderzijde van hun spronggewricht. De voorbeelden die ik opsom hebben te maken met de conformatie en dat is een erfelijk gegeven.
Eén van de kwaliteiten van de Z-keuring is dat de beoordeling van het medische, het exterieur en de springkwaliteit heel nauw met elkaar verbonden zijn. We moeten evolueren naar een correcte evaluatie van de functionele gezondheid. We zijn niks met gezonde paarden die niet kunnen springen. Net zoals we niks zijn met goede springers die niet gezond zijn.’
Luc: ‘Ik heb als jurylid de voorbije 10 jaar zo veel geleerd dankzij het overleg met Filip en de veterinaire commissie. Los van de medische beeldvorming wil ik van de gelegenheid gebruik maken om de fokkers er op attent te maken dat ze aandacht moeten blijven besteden aan de correctheid van de stand van hun paard.’
Filip: ‘En dat zie je niet altijd op de foto, tenzij het een extreme afwijking betreft. Een correcte stand is onontbeerlijk. Er zal wel eens een paard met een standafwijking topprestaties neerzetten, al is dat geen uitgangspunt voor het fokbeleid van een stamboek.’
Een kandidaat dekhengst komt van niets in een opleidingstraject. Kan je snel te veel vragen?
Willem: ‘Natuurlijk, net daarom nemen we daar vier tot vijf maanden voor.’
Luc: ‘Vergelijk het met ‘Start to Run’. Als je beslist om te gaan joggen vanuit het niets, volg je dit programma, dat je conditie stelselmatig opbouwt. Je start niet met 10 kilometer, dat loop je pas na enkele maanden. Werken met paarden is heel arbeidsintensief en voor goede arbeid heb je bekwame mensen nodig die zien wat ze op elk moment moeten doen. Dat geldt in elke fase, van veulen tot sportpaard.’
Willem: ‘Ik schrik nog vaak van de hengsten die ik aangeboden krijg. Hun algemene conditie laat soms te wensen over. Begin er maar aan. Of beter, daar kan je niet aan beginnen. Die moeten eerst aansterken.’
Luc: ‘Ik zet twee paarden per hectare en vanaf augustus worden ze bijgevoederd. Ik wacht niet tot ik zie dat ze meer eten nodig hebben. Al staan ze ook niet te vet. We kunnen daarbij het belang van beweging niet voldoende herhalen. Ook al heb je een veulen goed verkocht op een veiling. Van de verkoop tot de levering moet je veulen kunnen bewegen. Dat is essentieel voor zijn latere groei en ontwikkeling.’
Er is meer nodig dan goede genetica
Willem: ‘ik zie dat vaak. Soms hebben eigenaren een duur embryo gekocht. Ze hebben het nog nooit gezien, niet bij de geboorte en niet tijdens de opfok. En dan brengen ze dat paard naar mij om klaar te maken voor de hengstenkeuring. Maar het vergt niet enkel goede genetica om een goed paard te hebben, de conditie en conformiteit van het paard en de röntgenologische bevindingen zijn eveneens zeer belangrijk. Mensen kopen embryo’s of veulens en hebben vanwege de investering een bepaald verwachtingspatroon. Maar het is geen exacte wetenschap.’
Stijn: ‘Veel aanbieders zijn zich bewust van de commerciële meerwaarde van een dekhengst. Vanaf het moment dat een paard bereden wordt, stijgen de kosten. Veel fokkers kiezen er daarom voor om hun hengst vóór die tijd te verkopen en dan is een hengstenkeuring een mooi platform.’
Willem: ‘Wat eigenaren evenmin mogen vergeten is, dat het statuut van dekhengst geen garantie is op dekkingen. De meeste dekken weinig of niet. Kijk naar het paardenlandschap: je ziet vaak gevestigde huizen/dekstations die al decennia lang een reputatie opgebouwd hebben en waar fokkers in vertrouwen naartoe gaan.’
Danny: ‘Calvino II de Nyze Z is aan zijn sportcarrière begonnen met Thibeau Spits. Hij springt nu in de kijker, al dekt hij niet veel hoor. Wij brengen hem daarvoor naar Stoeterij de Twinkeling en vorig jaar dekte hij een veertigtal merries. Als fokker en eigenaar is dat plezant, niet meer en niet minder.’
Stijn: ‘Er worden in België jaarlijks zo’n 250 hengsten aangeboden in diverse stamboeken. Waarvan er een vijftigtal gekeurd worden. Na vier jaar zie je dat er van een jaargang nog 10 – 15 overblijven. Dat is de realiteit.’
Luc: ‘Tangelo vd Zuuthoeve is pas rond zijn 16e veel gaan dekken, na het succes van zijn kinderen. Denk aan Tobago Z. Ik wil daar ook een kanttekening bij maken. Het is niet omdat een hengst om welke reden dan ook populair wordt, dat elke fokker deze hengst moet gebruiken. Een paard is een kuddedier, dat hoeft niet zo te zijn voor de fokker. Die moet zijn merrie ontleden en in functie daarvan een gepaste hengst kiezen. Beoordeel de beweging en techniek van je merrie en probeer eventuele minpunten te compenseren met de pluspunten van een hengst.’
Jonge hengsten hoeven niet méér belast te worden
Filip: ‘Je moet de vraag stellen of de extra belasting van een proef onder het zadel of een meerdagen test een meerwaarde is in je beoordeling? Gaat daar zo veel meer informatie uit komen? Bekijk de hengsten die nog overgebleven zijn op 7-jarige leeftijd. Deze hengsten hebben een natuurlijke selectie doorlopen die van verschillende factoren afhankelijk was, zoals het professionalisme van de ruiters en de eigenaren en de juiste begeleiding in dit traject.’
Willem: ‘Voor mij en mijn klanten volstaat de keuringsfilosofie van Zangersheide. En als je kijkt naar de andere stamboeken, evolueren zij in de richting van Zangersheide. Jonge hengsten hoeven niet méér belast te worden.
Danny: ‘Wat je ook fokt, het is toch de combinatie met de ruiter die het verschil maakt. Het juiste paard moet op het juiste moment bij de juiste ruiter terechtkomen. Dat zie je bij Kent Farrington en Crack. Bij ons thuis liep het niet meer zo soepel met Crack. Ik heb hem vervolgens bij eventingruiter Joris Vanspringel gestald en hij vond de juiste ‘click’ met Crack. Zonder Joris kenden we de Crack van vandaag niet.’
Luc: ‘We kunnen hier tot volgende week over babbelen maar zoveel tijd hebben we denk ik niet…?’